EFSA kan niet alle nationale testen voor nieuwe middelen overnemen

Het Europees agentschap voor voedselveiligheid (EFSA) heeft onvoldoende budget om de beoordeling van nieuwe landbouwmiddelen volledig van alle 27 EU-landen over te nemen.

Op vragen van de Nederlandse Europarlementariër Bert-Jan Ruissen (SGP) erkende EFSA-directeur dr. Bernhard Url dat het erg lang duurt voordat EU-landen hun nationale toetsing van nieuwe middelen voltooid hebben.

Ook erkent de EFSA-leiding dat veel EU-landen niet beschikken over voldoende onderzoekscapaciteit en ambtelijke deskundigheid om elke nieuw aangeboden middel snel te kunnen toetsen. Ruissen wees hem er op dat de EFSA wel allerlei chemische middelen verbiedt, maar dat er voor landbouw en veeteelt amper iets anders voor in de plaats komt.

Url wees er deze week in de Landbouwcommissie ook op dat er in de procedure voor toelating van nieuwe middelen nu eenmaal een samenspel is tussen Europese en nationale instanties. Bovendien zou de EFSA niet het budget hebben om al die keuringen en al die onderzoeken geheel voor eigen rekening te doen.

De EFSA-directeur zei dat het uiteindelijk ‘een politieke keus’ is als er gezégd wordt dat voedsel en gezondheid belangrijk zijn, maar dat politici dan ook de daad bij het woord moeten voegen, en er voldoende geld voor in de begroting moeten opnemen.

Over het EFSA-besluit om voor de hernieuwde toelating van glyfosaat een jaar langer de tijd te nemen, zei Url dat dat geen kwestie was van vooruitschuiven van een moeilijk besluit.

Hij wees erop dat er enkele honderden onderbouwde reacties zijn binnengekomen. In sommige gevallen is nieuw wetenschappelijk onderzoek nodig, zo zei hij. Bovendien hebben instanties en EU-landen ook nog eens enkele duizenden opmerkingen ingebracht die ook becommentarieerd moeten worden.

De huidige toelatingsperiode van glyfosaat verloopt eind dit jaar. Het was aanvankelijk de bedoeling de herbeoordeling eind dit jaar gereed te hebben zodat het in 2023 verlengd of afgewezen kon worden. Nederland zit in een groepje van vier EU-landen die het beoordelingsproces van glyfosaat in de gaten houden.