De Europese Commissie wil dat de komende meerjarenbegroting (2021-2027) verhoogd wordt naar 1,11 procent van het gezamenlijke Europese inkomen (bruto binnenlands product, bbp). Nu is dat nog 1 procent.
Met het extra geld moeten nieuwe taken worden aangepakt, zei Eurocommissaris Günther Oettinger bij de presentatie van het begrotingsvoorstel. Hij noemde als voorbeeld grenscontroles en ontwikkelingshulp om de instroom van vluchtelingen te vermijden. Ook wil de EU meer investeren in cyberveiligheid en het klimaat.
Maar daar willen enkele EU-landen waaronder Nederland niet extra voor betalen. Nederland, Zweden, Oostenrijk, Denemarken en Duitsland hebben een coalitie gevormd om te strijden tegen verhoging van het budget. Volgens Nederland is de huidige 1 procent ‘meer dan voldoende’.
Daar is (de Nederlandse) EU-directeur Begrotingszaken Gert Jan Koopman het niet mee eens. Tijdens de persconferentie in Brussel richtte hij zich tot de Nederlandse regeringscoalitie. Volgens hem “misleidt Nederland haar burgers” over de hoogte van de EU-kosten, door de douanerechten mee te tellen bij de jaarlijkse afdracht aan Brussel.
Op een persconferentie in Brussel haalde de Nederlander voor de internationale media fel uit naar Den Haag. Vorige week had EU-begrotingscommissaris Günther Oettinger Nederland en Duitsland er al van beschuldigd “leugens” over de cijfers te verspreiden.
Volgens het Nederlandse ministerie van Financiën dreigt de Nederlandse afdracht in 2027 op te lopen tot 10,9 miljard euro. Volgens Koopman telt Den Haag daar ten onrechte de douanerechten bij die in de havens en op vliegvelden worden geïnd ten bate van de EU-begroting. Het gaat jaarlijks om bijna 3 miljard euro.