Vijf landen (Denemarken, België, Duitsland, Zweden en Nederland) hebben bij de Europese Commissie een gemeenschappelijk standpunt gepresenteerd voor een nieuw wettelijk kader voor dierenwelzijn.
De Commissie is onlangs begonnen met het actualiseren van de huidige wetten op dit gebied. “Dierenwelzijn is een grote zorg voor veel Europese burgers”, zei de Deense minister Rasmus Prehn onlangs bij de presentatie in de LNV-ministerraad.
De enquête van de Commissie en het standpunt van de vijf EU-landen is een reactie op het Europese burgerinitiatief “End the Cage Age”, waarin anderhalf miljoen EU-burgers pleitten voor een kooienverbod.
De vijf EU-landen stellen voor om de nieuwe wetenschappelijke kennis en praktische ervaring op te nemen in de nieuwe EU-wetten. Bovendien moeten er regels komen voor dieren die niet tot in detail in het referendum werden betrokken, zoals varkens, legkippen of kalkoenen.
De Duitse minister Julia Klöckner riep op tot een gezamenlijke aanpak op Europees niveau om “nieuwe en noodzakelijke maatregelen” te introduceren. Ook in haar land wordt in politiek en samenleving gepleit voor méér dierenwelzijn.
Landbouwcommissaris Janusz Wojciechowski verzekerde dat de Commissie de voorstellen van de vijf landen zorgvuldig zal bestuderen en al bezig is met enkele van de voorgestelde ideeën. Hij merkte ook op dat de Commissie in reactie op het publieksreferendum al heeft toegezegd bepaalde het kooeienverbod voor dieren geleidelijk uit te bannen.
Hoewel de LNV-ministers het er in het algemeen over eens waren dat de dierenwelzijnswet moet worden geactualiseerd, namen sommigen een voorzichtiger standpunt in. De Hongaarse minister István Nagy waarschuwde dat “drastische maatregelen niet alleen veel veehouders ernstig zouden treffen, maar ook onvoorspelbare gevolgen zouden hebben voor de prijzsen van basisvoedsel.
De Franse vertegenwoordiger bepleitte dat eventuele nieuwe eisen op het gebied van dierenwelzijn zouden moeten worden aangevuld met gelijkwaardige eisen voor geïmporteerde producten.