De Europese Unie gaat het gebruik van houtpellets als duurzame brandstof voor elektriciteitscentrales niet langer stimuleren. Daardoor verliest de bosbouw in dichtbeboste EU-landen een belangrijke inkomstenbron, tot onvrede van de Europese agrarische koepelorganisatie Copa-Cogeca.
Het einde van de financiële steun voor ‘primaire biomassa’, is een klap in het gezicht van duizenden boseigenaren en producenten van bio-energie, zegt Copa-Cogeca. De meeste Nederlandse Europarlementariërs beschouwen het bijstoken van hout niet langer als duurzame energie.
De elektriciteitscentrales in de EU draaiden jarenlang alleen op olie of gas of kolen. Om brandstofkosten te besparen, werd de laatste jaren steeds vaker hout als ‘bijstook’ gebruikt. Uit milieu-overwegingen heeft de EU dat aanvankelijk gestimuleerd. Daar is een hele houtpellet-industrie uit voortgekomen, zoals in Finland, Zweden, Polen, Tsjechië en de Balkan.
Toch mag biomassa de komende jaren nog wel als bijstook worden gebruikt omdat de beperking gefaseerd wordt ingevoerd. In de nieuwe richtlijn staat dat er straks niet méér biomassa in de EU mag worden verbrand, dan dat in de afgelopen vijf jaren het geval was.
Het Europees Parlement besloot deze week dat vanwege de huidige energiecrisis het gebruik van fossiele energiebronnen zo snel mogelijk zo veel mogelijk moet worden beperkt, en dat de EU binnen acht jaar op 45% zonne- en windenergie moet zitten. Een voorstel van de Groenen om dat aandeel ‘duurzame energie’ uit te breiden, haalde het niet.
Een voorstel van de christendemocraten om de houtpellet-subsidie te handhaven, haalde het ook niet. Europarlementariër Peter van Dalen (ChristenUnie) is niet gelukkig met het compromis voor een uitgesmeerde afbouw over enkele jaren, maar heeft toch ingestemd omdat een volledige stop niet haalbaar was. Daarom stemde Anja Hazenkamp (PvdD) juist tégen.
Van Dalen zei dat Nederland het nog niet zo slecht doet op dit gebied: “ Als ik kijk naar Oost-Europa, zou het subsidiëren van biomassa de ontbossing in de hand kunnen werken. Dat kan pertinent niet de bedoeling zijn.”