Te veel PFAS-chemicaliën in lever van Duitse wilde zwijnen

Deskundigen in de Duitse deelstaat Rijnland-Palts waarschuwen voor het consumeren van lever van wilde zwijnen. De ingewanden van wilde zwijnen zijn zwaar vervuild met chemicaliën die schadelijk zijn voor de gezondheid. Het staatsonderzoeksbureau zegt dat het vooral om PFAS-chemicaliën gaat. 

Het op de markt brengen en verder verwerken van zwijnenlever in andere etenswaren is verboden, aldus de autoriteit. Waarschijnlijk is de situatie in de andere 15 Duitse deelstaten ongeveer gelijk.

PFAS vormt een grote groep synthetische chemicaliën die veel worden gebruikt, en onder meer voorkomen in het milieu, drinkwater en voedsel. Ze worden ook eeuwigheidschemicaliën genoemd. “Van de relatief weinige goed bestudeerde PFAS’s worden de meeste beschouwd als matig tot zeer giftig, vooral voor de ontwikkeling van kinderen”, schreef eerder het Europees Milieuagentschap.

Volgens het staatsonderzoeksbureau werden 30 levermonsters en 30 andere vleesmonsters onderzocht van wilde zwijnen die in Rijnland-Palts waren geschoten. Alle levers overschreden het EU-brede maximumgehalte voor PFAS. 

“Het vlees van wilde zwijnen is daarentegen onschadelijk voor de gezondheid wat betreft PFAS”, schrijft het bureau. De PFAS-gehalten in de onderzochte vleesmonsters lagen over het algemeen ruim onder de limiet.

Volgens het Federaal Instituut voor Risicobeoordeling draagt ​​de consumptie van slechts één portie lever van wilde zwijnen per jaar aanzienlijk bij aan de inname van PFAS. Voor mensen die deze lever één keer per jaar eten, is er een “gemiddelde kans op gezondheidsproblemen”. 

Het Federaal Bureau baseert zijn beoordeling op resultaten uit Sleeswijk-Holstein, maar gaat ervan uit dat de waarden geen regionale bijzonderheid zijn. Ze zouden daarom in de rest van Duitsland vergelijkbaar kunnen zijn.