Door jachtverboden, door het inrichten van natuurgebieden en door een productievere landbouw keren grote zoogdieren, die vroeger op het punt van uitsterven stonden, in groten getale terug in Europa. Hoewel verschillende diersoorten zijn verdwenen, vertonen enkele grote zoogdieren een opmerkelijke terugkeer, schrijft Our World in Data.
Volgens onderzoeker Hannah Ritchie zijn verschillende soorten grote dieren in de EU-landen bezig zijn aan een spectaculaire comeback. Zo zouden de Europese bizon, bruine beer en eland opnieuw in Europese bossen gedijen.
De Europese bizon was bijna uitgestorven door habitatverlies en door de jacht. Maar enkele tientallen van hen overleefden in gevangenschap, en werden daarna door natuurbeheerders weer in het wild uitgezet. In de Baltische staten, West-Rusland en Oekraïne wonen er nu weer bizons. In totaal zouden er in Europa zeker 2.500 stuks in leven zijn. Dat zijn er zeker 30 keer meer dan in 1960.
Our World in Data baseert zijn gegevens op eerder onderzoek van de Zoological Society of London, Birdlife International en Rewilding Europe. Die organisaties onderzochten hoe de aantallen van zoogdieren sinds 1960 veranderd zijn. Er werden 18 soorten onderzocht.
Zo is vooral de beverpopulatie fors hersteld. Begin jaren zestig waren er nog maar 2.400 bevers; tegenwoordig 330.000. Verder is er in vijftig jaar ook sprake van verdubbeling van het aantal bruine beren, verdriedubbeling van het aantal elanden en zijn er vijf maal zoveel edelherten.
De onderzoekers noemen als belangrijkste oorzaken het stopzetten van de jacht, het instandhouden van natuurgebieden, en het verkleinen van het areaal voor landbouwgebieden. Europese landen namen de afgelopen 50 jaar minder landbouwgrond in gebruik, waardoor de natuur aan terrein kon winnen.
Belangrijk is ook het inperken van de jacht op grote zoogdieren, denkt Ritchie. Zo zou de berenpopulatie in Zweden zich vooral hersteld hebben nadat de overheid er in 1981 een jachtquota voor beren invoerde. Zweden kwam ook op de proppen met financiële stimulansen om de reproductie van de veelvraat aan te zwengelen.
Ook geldt er in heel Europa, met uitzondering van IJsland en Noorwegen, een verbod op de zeehondenjacht, waardoor hun aantallen in vijftig jaar met 900 procent konden toenemen. Tegenwoordig zijn er meer dan 165.000 zeehonden in Europa. Rond 1960 zouden er maar 16.500 van hen geweest zijn.