Een Deense rechtbank heeft gevonnist dat veganisme een levensovertuiging is, en daarmee onder de Mensenrechten valt. Volgens de kantonrechter in Hjorring worden de rechten van veganisten beschermd door het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. De Vegetarische Vereniging van Denemarken noemt het vonnis ‘een mijlpaal’.
De vereniging had namens een veganistische familie een klacht ingediend tegen het gemeentelijke kinderdagverblijf dat in de middagpauze wel ‘gewone’ lunchpakketten bereidde, maar geen vegetarische. Ook mochten de ouders hun kinderen geen eigen pakket meegeven.
Daarom was de rechtszaak tegen het schoolbestuur gebaseerd op de klacht dat het veganistische gezin werd gediscrimineerd omdat hen werd belet hun manier van leven in praktijk te brengen.
Als hun dochter naar de kinderopvang zou gaan, zou het gezin niet in staat zijn zich te houden aan hun morele standpunt om dieren geen schade te berokkenen, zo oordeelde de rechter. De uitspraak erkende dat veganisten het recht hebben om niet ‘slechter behandeld te worden dan mensen zonder veganistische opvattingen die zich in een vergelijkbare situatie bevinden’.
Toegang tot veganistische maaltijden in instellingen in de publieke sector, zoals kleuterscholen, is volgens de Vegetarische Vereniging in veel steden en dorpen in Denemarken ‘al jaren’ een uitdaging. Terwijl sommige Deense ziekenhuizen of kleuterscholen uitstekend veganistisch eten bereiden, bieden andere openbare instellingen in andere gemeenten dit helemaal niet aan.
De vereniging is er trots op dat zij deze zaak – de eerste in zijn soort in Denemarken – voor de rechter heeft gebracht en heeft gewonnen. Er loopt voor een andere Deense rechtbank nog een soortgelijk geval, over een bedrijfsrestaurant in een ziekenhuis. In dit eerste geval kreeg de familie een symbolische schadevergoeding van 1500 euro en zal de gemeente ook hun juridische kosten moeten betalen.