Duitse boeren krijgen een paar jaar langer de tijd om te beslissen over het toekomstig gebruik van hun leegstaande stallen en bedrijfsgebouwen. Zulke gebouwen behouden voortaan tien jaar hun agrarische status, die ze momenteel na zeven jaar leegstand verliezen. Ook mogen straks op boerenerven meer aangebouwde bedrijfswoningen voor gezinsleden of medewerkers worden gebouwd.
Die wijzigingen zijn op voorstel van het BMEL-landbouwministerie opgenomen in een aanpassing van de Duitse wet op de Ruimtelijke Ordening. Daarmee hoopt Berlijn bij te dragen aan de afschaffing van administratieve en ambtelijke regeltjes. De overheid wil de Duitse boeren stimuleren hun ongebruikte stallen en bedrijfsgebouwen te verhuren of te verpachten aan agrarische collega’s die uitbreiding nodig hebben, of die bedrijfsgebouwen om te bouwen tot woningen.
Bovendien wordt de voorkeur gegeven aan de uitbreiding van woongebouwen op landbouwbedrijven. Dit is bedoeld om rekening te houden met de woonbehoeften van verschillende generaties van een landbouwbedrijf. Door de toegenomen levensverwachting van de bevolking wonen er vaak meer dan twee generaties op een boerderij.
Daarom moet naast uitbreidingen van bestaande woongebouwen op het erf ook de bouw van een onafhankelijk woongebouw als aanbouw mogelijk worden gemaakt. Bovendien wordt in beide gevallen het aantal mogelijke woningen verhoogd naar vier. Voorwaarde is dat deze worden gebruikt door de vorige eigenaren en hun familie.
Deze versoepeling in de procedures voor Duitse boeren komt aan de vooravond van de behandeling van de begroting-2025 in de Bondsdag. Ondanks een aanzienlijke bezuiniging van ongeveer een half miljard euro, blijft de landbouwsector grotendeels gespaard.
BMEL-minister Cem Özdemir (Groenen) heeft betoogd dat investeringen in de landbouw cruciaal zijn, vooral in tijden van economische onzekerheid. ’De boeren moeten weten waar ze aan toe zijn’, zo zei hij eerder. Hij hekelde daarom dat zijn coalitiegenoten SPD en FDP nog geen besluit willen nemen over de benodigde miljarden voor meer dierenwelzijn, meer biodiversiteit en uitvoering van de ZKL-toekomstplannen. Daarom pleitte hij vorige week opnieuw voor zijn voorkeur om die landbouwtransitie deels te betalen door een verhoging van de btw op voedsel.
De beslissing om de landbouwsector bij de bezuinigingen grotendeels te ontzien, benadrukt de strategische waarde die Duitsland hecht aan zijn agrarische sector, zegt BEML. Terwijl andere sectoren forse kortingen tegemoet zien, blijft de financiering voor landbouw grotendeels intact, inclusief de toegezegde steun voor de invoering van een nieuwe landbouwverzekering