Op een congres in Warschau hebben de Poolse vee- en vleesverwerkende bedrijven besloten om 6 juni tot “Wereldvleesdag” uit te roepen. Ze hopen dat deze jaarlijkse dag internationaal erkend gaat worden en een positieve beeldvorming rond vleesconsumptie gaat bewerkstelligen.
Vertegenwoordigers van de Poolse bedrijfstak en de overheid benadrukten dat zo’n dag bedoeld is om het belang van vleesconsumptie in het dagelijks leven te onderstrepen. Polen kent een grote exporterende pluimvee-industrie, die onder druk staat van EU-regels voor dierenwelzijn.
Landbouwminister Czesław Siekierski sprak op het congres van de zeer dynamische ontwikkeling van de Poolse pluimvee- en rundvleessector. Hij verwees naar de productie van pluimveevlees, waarvan meer dan 50% wordt geëxporteerd.
“De situatie in de varkenssector is moeilijker, waar we nu nog maar zo’n 8,5 miljoen dieren hebben, maar we ondernemen alles om daar verandering in te brengen”, zo verwees hij naar de gevolgen van de al jaren heersende Afrikaanse varkenspest op het uitgestrekte Poolse platteland.
Tijdens het vleescongres in Warschau wezen Poolse organisaties op de toenemende regelgeving vanuit de EU en de gevolgen van veranderende consumentenvoorkeuren. Landbouwminister Siekierski gaf aan dat het Poolse EU-voorzitterschap de kans biedt om zulke kwesties in Brussel op de agenda te zetten.
De afgelopen jaren heeft de vorige Poolse nationaal-conservatieve PiS-regering geprobeerd de regels voor dierenwelzijn aan te scherpen, maar zag daar na omvangrijke boerenprotesten van af. Sinds vorig jaar in een burgerlijk-liberale coalitie onder leiding van oud-EU-commissaris Tusk in Warschau aan de macht.
Siekierski gaf aan dat zijn ministerie steun zal blijven verlenen aan de veeteelt. Met het oog op het aankomende EU-voorzitterschap van Polen in de eerste helft van 2025 noemde hij het strategische belang van de landbouwsector evident.
Siekierski zei dat hij opnieuw zal pleiten voor ontmanteling van Green Deal-afspraken voor zover die de landbouw en voedsel betreffen. Ook wil hij de exportbevordering stimuleren, en de gevolgen van agri-import afremmen.