Windmolens en zonneparken verjagen Duitse boeren van landbouwgrond

In Duitsland is een echte strijd om vrije landbouwgrond uitgebroken. Boeren kunnen de hoge prijzen die ontwikkelaars van windmolen- en zonnepanelen-parken bieden vaak niet langer bijhouden, waardoor steeds meer kleine pachters hun huur- en pachtcontracten verliezen. 

Tegen het jaar 2030 moet minstens driekwart van het Duitse elektriciteitsverbruik afkomstig zijn uit hernieuwbare energiebronnen. Inmiddels zitten de Duitsers al op zo’n zestig procent. Ze willen ze zo snel mogelijk af van gas- en olie-importen uit Rusland en van hun eigen luchtverontreinigende bruinkool-gestookte elektriciteitscentrales. Doordat de overheid stimuleringspremies geeft voor klimaatvriendelijke energieopwekking (zonnepanelen !), is die kentering al enkele jaren aan de gang.

Daardoor rijzen de prijzen voor landbouwgrond in Duitsland de pan uit. De aanleg van een zonneveld (‘ glas op gras’) levert bijvoorbeeld 5.000 euro per hectare per jaar op, tienmaal zoveel als de gemiddelde agrarische pachtprijs. En voor windparken kan dat zelfs oplopen tot 20.000 tot 50.000 euro. Deze vergoedingen maken het voor boeren moeilijk om grond te behouden voor hun agrarische doeleinden, meldt Agrarheute.

Landeigenaren geven er de voorkeur aan om hun land lucratiever te verhuren aan exploitanten van zonne-energie- of windparken en er is steeds minder grond beschikbaar voor landbouw en veehouderij, meldt Agrarheute.

Voor boeren die afhankelijk zijn van pachtgrond, zijn de uitdagingen nog groter. In regio’s zoals Rijnland-Palts zijn de huurprijzen in de afgelopen vijftien jaar verdrievoudigd. Boeren betalen nu gemiddeld 600 euro per hectare, terwijl zonne-energiebedrijven tot 4.000 euro bieden. Windparken leveren landeigenaren nog hogere inkomsten op. 

Naast de financiële druk heeft de ‘energiewende’ ook gevolgen voor de omvang van beschikbare landbouwgrond. De Duitse boerenvereniging DBV waarschuwt dat de komende vijf, zes jaar zo’n 80.000 hectare landbouwgrond verloren kan gaan, wat neerkomt op 20 hectare per dag. ‘Landelijk gebied mag niet worden ontwikkeld om elektriciteit voor steden te produceren’, zei DBV-topman Bernhard Krüsken onlangs. De boerenvereniging pleit daarom voor een betere bescherming van vruchtbare landbouwgrond. 

Langdurige verhuurcontracten van 30 jaar of meer aan energiebedrijven vormen voor de land- en tuinbouw een extra risico. Veel landbouwgrond die langdurig een ander gebruik krijgt, kan haar agrarische bestemmingsplan-status verliezen. Advocaten waarschuwen dat zulke langdurige verplichtingen boeren verder onder druk zetten en de flexibiliteit in grondgebruik sterk belemmeren.