Nederland staat in beginsel positief tegenover het Europese voorstel voor beperking van milieuverontreiniging door de veehouderij. Ook vindt Nederland dat de uitstoot van ammoniak en methaan moet worden verminderd. Maar minister Piet Adema wil eerst een eigen gevolgen-onderzoek en stemt er dus nog niet mee in.
Adema laat momenteel onderzoek doen naar de mogelijke gevolgen van de nieuwe Europese RIE-milieunormen voor Nederlandse veebedrijven en melkveehouderij. Daarom onthield hij zich maandag in Brussel van instemming of afwijzing, en weet milieucommissaris Vinkevicius nog niet waar hij aan toe is.
Door uitbreiding van de Europese milieuwetten vallen straks meer varkens- en pluimveehouderijen onder de zogeheten Richtlijn Industriële Emissies (RIE). De Europese Commissie benadrukte dat de schade nogal meevalt. Bovendien hoeft de nieuwe regeling pas in 2029 te zijn ingevoerd. En in het nieuwe landbouwbeleid kunnen er nationale subsidies voor worden ingeboekt.
De huidige richtlijn heeft betrekking op ongeveer 4% van de varkens- en pluimveehouderijen in de EU. Straks gaat 13% van de grootste rundvee-, varkens- en pluimveebedrijven er onder vallen, die samen verantwoordelijk zijn voor 60% van de ammoniak- en 43% van de methaanemissies.
De EU-landen hamerden er opnieuw op dat voor de desbetreffende agrarische bedrijven de administratie en boekhouding zo beperkt mogelijk blijven..In de landbouwcommissie van het Europees Parlement is er veel verzet tegen de náám van de nieuwe RIE-regeling. Zij vinden dat de terminologie ‘industriële’ niet van toepassing is op dier- en veehouderij.